Zowel klassedenkers als intersectionalisten zijn verstrikt geraakt in hun aanspraken op de samenhang der dingen: ofwel alles zou gerelateerd zijn aan klasse (en dus moet solidariteit met andere identiteiten wijken), ofwel alle identiteiten zijn nevengeschikt verbonden (en dus moeten we permanent solidair zijn). Maar stel nu dat deze royale veronderstellingen niet kloppen, bijvoorbeeld omdat sommige vormen van uitsluiting soms wel samengaan met andere, maar lang niet altijd? Betekent dit dan dat we niet meer solidair kunnen zijn?
We zijn verstrikt geraakt in een metadiscussie waarin minderheden op hoge toon wordt verteld dat hun onderwerpen irrelevant of prematuur zijn – omdat het om ‘identiteitspolitiek’ zou gaan. De komende tijd zal Jan Willem Duyvendak in een drieluik van dat metaniveau afdalen en terugkeren naar de inhoud.
De Groene Amsterdammer